Horeca in de Willemstraat, een verhaal apart

Ben Nijssen

De Willemstraat in Wijk C is van oudsher een straat waarin de horeca ruim vertegenwoordigd is. In de eerste helft van 1900 werden de café’s in de Willemstraat voornamelijk bezocht door de wijkbewoners die er gezamenlijk een borrel dronken en er hun karige inkomen deels opmaakten. Dit liep ook nogal eens uit de hand met ruzies die in de straat uitgevochten werden (en soms ook weer bijgelegd). Dit bezorgde Wijk C zijn slechte naam.
Langzamerhand gingen de scherpe kantjes er van af. De Willemstraat werd een mengeling van kroegen en winkels met eigenaren die boven hun zaak woonden. De laatste jaren neemt de overlast van de horeca weer toe. Het publiek en de uitbaters zijn veranderd. Bij sommige kroegen leidt dit vaak tot overlast voor de bewoners van de straat, hetgeen zich uit in vervelend gedrag van de horecabezoekers en in geluidsoverlast vanaf de straat en inpandig via slecht geïsoleerde oude panden. Het sterke vermoeden bestaat dat de kroegbazen onder druk staan, enerzijds door crisis en concurrentie en anderzijds doordat sommigen door derden onder druk worden gezet.

Afpersing
Over afpersing in het bedrijfsleven is weinig gedegen onderzoek verricht. Eén van de meest recente wetenschappelijke onderzoeken werd door Ilse van Leiden en Henk Ferwerda in 2008 gepubliceerd onder de titel “Afpersing van het bedrijfsleven: een schemerige onderneming”. Zij noemen vele soorten van afpersing die zij hebben waargenomen. Afpersing kan plaatsvinden vanuit financieel gewin, maar ook vanuit wraak gevoelens. Voor afpersing in de horeca verwijzen de auteurs naar een oude publicatie uit 1994 van Van Bovenkerk en Derksen ‘Beschermingsindustrie en het cafébedrijf in de binnenstad van Utrecht’. Deze concluderen dat veertig tot zestig procent (!) van de horeca-ondernemers binnen de stadsgordel te maken heeft met illegale beschermengelen; zij worden ten minste «bezocht» door deze afpersers. De gemeentelijke dienst die de vergunningen verstrekt, gedoogde de inzet van particuliere leveranciers van «bescherming. Handhaving van de orde staat hierbij voorop. De onderzoekers spreken bovendien over «pure onmacht» van politiekant. Nader onderzoek door de recherche heeft de gegevens van Bovenkerk en Derksen volledig bevestigd. De afpersing bestaat ondermeer uit het verplicht aanstellen van portiers die afkomstig zijn uit aanbevolen ondernemingen. Deze portiers schroeven geleidelijk hunvergoedingen op en leren de zwakke punten van de hoercaondernemingen van binnenuit te herkennen. Kenmerkend is dat de horecaondernemers hier het stilzwijgen in bewaren, gedeeltelijk om hun zaak geen slechte naam te geven en ook uit wantrouwen tegenover de politie. Volgens het eerdere aangehaalde onderzoek van Van Leiden en Ferwerda is deze vorm van afpersing langzaam verminderd door invoering van de portierswet in 1999. In hoeverre er hier nu nog sprake van is, is niet bekend, maar er zullen ongetwijfeld nog andere vormen van afpersing bestaan.

Situatie Willemstraat
Wat opvalt in de Willemstraat is het feit dat een aantal zaken de laatste jaren verschillende keren van uitbater is veranderd. Dat valt vanaf buiten niet altijd direct waar te nemen. Café Oude Dikke Dries zit al vele jaren op de hoek Willemstraat/Waterstraat. De oorspronkelijke eigenaar/uitbater van Dikke Dries verkocht zijn pand en café aan een investeringsmaatschappij. Sinsdien zijn er al drie verschillende uitbaters geweest. Deze moeten zowel de goodwill als de pacht opbrengen. Omdat dit nauwelijks op te brengen is wordt getracht de inkomsten te verbeteren door andere openingstijden, ander publiek en en andere (luidruchtiger) programmering. Zelfs met 2 portiers weet men de orde moeilijk te handhaven en is er regelmatig optreden van de politie noodzakelijk.
In de Willemstraat was ook het bedrijf Niro gevestigd. Dit is nu opgeplitst in meerdere bedrijven en koopt panden op en verkopen deze (gesplitst) weer of verhuren ze aan studenten. Eigenaren zijn de heren Smeeding en Spronk. Deze hebben onlangs enige tijd vast gezeten in verband met illegaal wapenbezit en lottopraktijken. Onder andere het pand Willemstraat 32 waar paddo’s werden verkocht was in hun handen. Zij zijn ook eigenaar van minstens 3 horecapanden in de Willemstraat, waaronder het pand Willemstraat 37 waar café Wijk C was gevestigd. De overname van één van deze panden is nogal vreemd verlopen; door een deal met Mitros konden zij dit pand voor een ton minder kopen dan een huurder van dit pand. Het café Wijk C moest sluiten in verband met regelmatig veroorzaken van overlast en wietteelt door de uitbater. De uitbaters van de café’s moesten gokkasten afnemen van Niro en waarschijnlijk werd er ook gebruikt gemaakt van de Kooistra constructie waarbij de bierkortingen niet naar de uitbaters vloeiden, maar naar Niro. Nieuwe uitbaters van de café’s worden gelokt met schone vooruitzichten. Zo ook de opvolger van café Wijk C, het café De Skihut. Deze dacht een pand te huren waarin een café met luide muziek mogelijk zou zijn, maar wat in feite een slecht geïsoleerd pand was waarover al vele klachten bekend waren. De buurt vroeg de gemeente om een Bibob (bewijs van goed gedrag) onderzoek toen het café weer werd geopend. Blijkbaar werden bij dit onderzoek alleen de antecendenten van de nieuwe uitbater en niet die van de eigenaren van het pand nagetrokken, want de vergunning werd weer verleend.

Leeg laten staan
In de Willemstraat bevinden zich bovendien nog enkele panden (zoals bijvoorbeeld op de hoek van het Vredenburg)die in handen zijn van de bij justitie bekende familie de Groot. Om duistere redenen laten die hun panden dikwijls gewoon leeg staan (zo ook een nieuw opgetrokken pand in de Wittevrouwenstraat). Een horecabestemming zou daar wel eens verandering in kunnen brengen.

Met de uitbreidingsmogelijkheden en de medewerking die de gemeente de horeca in de Willemstraat biedt worden eigenaren als Niro in de kaart gespeeld en vrezen de bewoners van de straat nog veel meer overlast in de toekomst.

Dit bericht is geplaatst in Horeca. Bookmark de permalink.